3 behandelingen voor PID-patiënten

Bij de meeste PID-patiënten is een behandeling noodzakelijk. Zij krijgen soms extra antistoffen of immunoglobulines, omdat ze die zelf te weinig hebben of omdat ze niet goed werken. Ook antibiotica kunnen een behandeling zijn bij PID, net zoals stamceltransplantatie. Op deze website gaan we dieper in op 3 soorten therapieën voor PID-patiënten: de intraveneuze immunoglobulinebehandeling (IVIG), de subcutane immunoglobulinebehandeling (SCIG) en stamceltransplantatie.

Intraveneuze immunoglobuline behandeling

Bij de IVIG-behandeling worden immunoglobulines of antistoffen via de ader toegediend. Uit plasmagiften van donoren wordt een hele mix van alle antistoffen gehaald. Die oplossing van antistoffen wordt via de ader ingespoten bij de PID-patiënten. Zo zijn ze beter beschermd wanneer ze in contact komen met bacteriën, virussen en parasieten.

Bekijk alle voor- en nadelen van de IVIG-behandeling

Subcutane immunoglobuline behandeling

Bij de subcutane immunoglobulinetherapie worden de antistoffen onderhuids met of zonder een spuitpomp toegediend. Wekelijks (of volgens een schema op maat) moet de patiënt bij zichzelf een naald op een of meerdere plaatsen in de buik, dij, arm of heup inbrengen. De behandeling wordt opgestart en opgevolgd onder begeleiding van de thuiszorgorganisatie, samen met de arts.

Bekijk alle voor- en nadelen van de SCIG-behandeling

Stamceltransplantatie

Deze therapie vervangt het immuunsysteem met een tekort door stamcellen van een ander gezond immuunsysteem van een donor. Een stamceltransplantatie is an sich een zeer risicovolle procedure. Ze wordt bijna alleen bij kinderen toegepast, bijvoorbeeld bij kinderen die geboren worden zonder immuunsysteem (dit is gelukkig erg zeldzaam), waarvan bekend is dat ze niet overleven als ze niet behandeld worden.

3 behandelingen voor PID-patiënten

Intraveneuze immunoglobuline behandeling

Subcutane immunoglobuline behandeling

Stamceltransplantatie

3 PID-behandelingen: een overzicht